In elke generatie worden de gebreken van de vorige zichtbaar. Na WO I en II kregen onze opa’s en oma’s onze ouders op basis van oorlogstrauma’s. Onze ouders vervolgens, dachten dat alles oké was en gaven ons de illusie van veiligheid mee. Een leven in een veilig systeem, gemaakt om de vrede te behouden. Na de babyboom en de verloren generatie kwamen wij. Wij zitten met de pijn. Het besef dat alles – het geloof waarmee we zijn opgegroeid – nep is.
De dansvloer is ons toneel en wij zijn de hoofdrolspelers. Niemand weet van welke film. De droomwereld waarin ik opgroeide, bleek alleen in mijn hoofd te bestaan. De realiteit doet elke dag pijn. Hij zeurt om willen te verdwijnen, maar ik doe het niet. Toegeven aan de leegte. Toegeven aan de ontkenning van de werkelijkheid. Waar het allemaal goed voor is, is nogal onduidelijk, maar we komen er wel. Om te beginnen, kunnen we weten dat de kern van jou, mij, wij, relatief onveranderbaar is. Hart, hoofd en buik bepalen samen het verloop van de dingen en het verhaal. Tegenwoordig heeft de technologie ook nog iets te zeggen. Laten we het daar hier maar niet over hebben. Alles wat eromheen is bedacht, om de liefde heen is bedacht, is tijdelijk en bovendien veranderbaar. Het plaatje en het verhaal achter elke generatie. Liefde is dus bedekt met shit. Mooi shit voor ons, want hoe weet ik het verschil tussen echt en nep?
Een verschijning zegt niets. Het enige wat me kan helpen de waarheid te zien, is om zelf de waarheid te zijn. Traditie is immers hardnekkig. Zelfvertrouwen kunnen we winnen met avonturen en experimenten. Faalangst en de hele mikmak daargelaten, je moet toch doorgaan. Betekenis geven is belangrijk. Invulling geven aan de leegte van de tijd die verstrijkt zonder dat we de klok hebben moeten verzetten – hier dan toch iets met technologie. De samenloop van illusie en werkelijkheid bepaalt onze toekomst en onze dromen. Het is de vraag of de droom alleen in de droom kan bestaan, of dat we echt zelf kunnen creëren wat we al die tijd hebben gemist. Dat wat nep is, of nep lijkt. Het verschil weten we pas, als we het hebben gezien. Door het één kapot te maken, kun je het andere redden. Dat heeft volgens mij iets te maken met verwachtingen, beeldvorming en geloof en niet perse iets met waarheid.